Máté

Toen Ferenc Máté als jonge man Hongarije ontvluchtte tijdens de revolutie van 1956 en zich eerst in Vancouver vestigde, had hij waarschijnlijk niet gedacht dat hij uiteindelijk wijn van wereldklasse zou gaan maken op een Toscaanse heuvel. Maar dat is precies wat er gebeurde toen hij en zijn vrouw Candace, een schilderes, begin jaren 90 hard vielen voor een stuk land in Montalcino. Vandaag de dag produceert hun kleine landgoed een aantal indrukwekkende wijnen.

Geschiedenis
Het verhaal van Máté begint met de aankoop van een verlaten 13e-eeuws klooster in Santa Restituta in Montalcino. De eerste jaren besteedden ze aan een grote restauratie van het oude gebouw. Pas daarna richtten ze hun aandacht op het land zelf en plantten ze hun eerste wijnstokken in 1996.

Ferenc en Candace haalden Fabrizio Moltard, de agronoom die samenwerkt met de legendarische producent Angelo Gaja, erbij om hun wijngaarden te ontwerpen. Ze huurden ook Pierre Guillaume uit Frankrijk in om de beste druivensoorten en klonen te selecteren voor hun specifieke terroir. De Mátés kozen voor een aanplant met een hoge dichtheid van 6.200 wijnstokken per hectare, waarmee ze de eersten in Montalcino waren die dit op deze manier deden. Het was een gedurfde zet die liet zien dat ze kwaliteit vanaf de eerste dag serieus namen.

De wijngaarden
Het landgoed beslaat 27 hectare mediterraan struikgewas en wilde planten, waarvan 6,5 hectare gewijd is aan wijnstokken. De wijngaarden liggen tussen 300 en 400 meter boven zeeniveau op wat eigenlijk Romeinse wijngaardterrassen waren van 2000 jaar geleden. Na eeuwen van verwaarlozing hebben de Mátés deze oude landbouwgrond teruggewonnen en weer tot leven gebracht.

De locatie van Santa Restituta is bijzonder. Het is gematigd en blootgesteld aan zeewind, wat helpt om de druiven gezond te houden. De gevarieerde hoogte en ligging van het land betekent dat ze verschillende druivensoorten kunnen planten op de plekken die daar het beste bij passen.

Het terroir
De bodem van Máté is heel divers en dat maakt hun wijnen interessant. Het domein heeft verschillende bodemtypes verspreid over het domein. Er is galestro (een schistachtige rots), fossiel puin, tufsteen en kleigrond. Elke druivensoort wordt aangeplant waar hij het beste groeit.

De Sangiovese groeit zowel op galestro als op fossiel puin en tufsteen. Merlot krijgt de kleigrond, net als cabernet sauvignon. Syrah staat aangeplant op terrassen die rijk zijn aan mineralen.

Manier van wijnmaken
Alles bij Máté wordt met de hand gedaan. De oogst gebeurt handmatig, net als al het kelderwerk. Ze gisten in kleine stalen tanks bij gecontroleerde temperaturen of in houten vaten, afhankelijk van de wijn. De rijping gebeurt in een mix van vaten: Franse eiken barriques uit Allier, tonneaux en grote eiken vaten van 40 hectoliter.

De aanpak is vrij eenvoudig: laat de druiven en het terroir spreken. Er is geen sprake van overmanipulatie. De wijnmakers respecteren wat de natuur hen heeft gegeven en dat proef je terug in de afgewerkte wijnen.

Lees meer

filters

Type 0x
prijs
 - 
land 0x
regio 0x
subregio 0x
appellatie 0x
wijnhuis 1x
druif 0x
Jaartal 0x
2018 2022
Volume 0x
Aan favorieten toegevoegd